Bestuurlijke Lobby aan 2e Kamer gestart! Houd ons IJsselmeergebied bevaarbaar, veilig en schoon

11503 keer bekeken

Om de wateren aan de zuidkant van het IJsselmeergebied en in de meren daar omheen bevaarbaar, veilig en schoon te houden, zijn grote investeringen nodig. Investeringen die de getroffen gemeenten en provincies niet op kunnen brengen. Hulp van het Rijk is noodzakelijk.

Het gaat om een dichtbevolkt gebied waar miljoenen Nederlanders en buitenlandse gasten recreëren. Waterrecreatie is echter geen beleidsterrein op de begroting van het Ministerie van I&W en knelpunten in de regio op rijkswater kunnen niet langer wachten. De knelpunten ontstaan door veel waterplantengroei in het ondiepe vaarwater dat daardoor dicht groeit, ook op plekken waar het grote economische schade en onveiligheid oplevert.

1. Veiligheid bevaarders en regionale economie in het geding

De problemen beslaan drie terreinen. Een knellende kwestie gaat over het aanleggen van verdiepte vaargeulen van en naar de havens van Edam, Volendam en Muiden, voor het reddingsstation Zeevang, de KNRM Zeewolde en een bevaarbare snelvaarbaan bij Almere.

Het aanleggen van verdiepte vaargeulen is belangrijk voor de economie en de veiligheid. Zonder deze maatregelen kan de veiligheid van bevaarders niet langer worden gegarandeerd en neemt het risico op ongelukken en schadeclaims bij Rijkswaterstaat toe. Wij vragen het Rijk hiervoor eenmalig €66,7 miljoen te reserveren op het budget van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, om in totaal 27,8 kilometer aan vaarwegen te verbreden en te verdiepen.

2. Waterplantenproblematiek wordt onbeheersbaar

Een tweede kwestie betreft ook de bevaarbaarheid. Door goed water- en natuurbeleid in de wateren in het afgelopen decennium neemt de hoeveelheid waterplanten toe. Dat is goed nieuws, maar het heeft ook een keerzijde.

Het vaargebied voor de waterrecreatie (van surfers tot varend erfgoed) wordt beperkt, de bereikbaarheid van jachthavens wordt slechter en hulpdiensten komen door de waterplanten lastiger ter plaatse.  Ook hebben bij de kust zwemmers, bezoekers en omwonenden last van de (stinkende) waterplantenresten. En daarnaast ontstaan er onveilige situaties doordat beroeps- en recreatievaart gedwongen worden om samen in de smalle hoofdvaargeul te varen.

Omdat het vaargebied voor waterrecreatie zodanig is beperkt  als gevolg van de waterplantengroei op rijkswater, is betrokkenheid van het Rijk nodig. Daarom vragen wij het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat jaarlijks €1 miljoen te reserveren op de begroting ter bekostiging van beheerwerkzaamheden voor het maaien van waterplanten. Het beheer wordt uitgevoerd door bestaande samenwerkingen van de betrokken gemeenten, stichtingen uit de watersport en de beroepsvisserij uit het gebied. Het IJsselmeergebied is hierin zelfredzaam, maar vraagt een uitvoeringsbudget en een omgevingsmanager verantwoordelijk voor waterrecreatie bij Rijkswaterstaat.

3. Verslechtering waterkwaliteit

Een derde belangrijke kwestie is dat zonder ingrijpen de klok teruggedraaid wordt in het Gooi- en Eemmeer waar het de verslechtering van de waterkwaliteit betreft. Zo’n 10 jaar geleden bedreigde algengroei mens en dier; blauwalg, bijvoorbeeld, kan leiden tot klachten als irritatie van huid en ogen, ernstige aandoeningen, vissterfte en een onaantrekkelijk gebied (groene soep en stank). Als niks ondernomen wordt, dreigt weer hetzelfde te gebeuren.

Om het tij te keren is grootschalig ingrijpen in de waterinfrastructuur noodzakelijk, om meer ondieptes te maken voor een robuuster watersysteem. Door het materiaal te halen waar verdiepingen voor waterrecreatie nodig zijn, is ook de economie gediend. Een programma  hiervoor is er, in de vorm van de Programmatische Aanpak Grote Wateren (PAGW);

Nodig is een project in het Gooimeer/Eemdelta en financiering voor de uitvoering. Die wordt geraamd op €50-€75 miljoen (uiterlijk 2030), op te nemen op de begrotingen van de ministeries van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en Infrastructuur en Waterstaat.

Wat heeft het gebied gedaan?

Sinds 2013 is samen met I&W opgetrokken om de startende waterplantengroei te beheersen en zijn goede resultaten geboekt met het inrichten van twee regionale beheersorganisaties.

In 2019 heeft een landelijke werkgroep met deelname van het Rijk de taak op zich genomen te werken aan een structurele oplossing van de waterplantenoverlast in het IJsselmeergebied voor waterrecreatie.  

De volgende stap?

Er zijn knelpunten in het rijkswater die de regio niet zelf met het ministerie kan oplossen, vanwege gebrek aan beleid of niet-geprogrammeerd budget. Daarom leggen de 4 provincies Noord-Holland, Flevoland, Utrecht en Gelderland en samenwerkingsverband Gastvrije Randmeren (16 gemeenten) deze 3 punten in een positionpaper nu voor aan de Tweede Kamer. Lees hier een samenvatting van het positionpaper.

Gemeenten en vier provincies, gesteund door waterrecreatie en natuur in een landelijke werkgroep, staan klaar om ééndrachtig afspraken te maken met het Rijk.

Cees Loggen, gedeputeerde Waterrecreatie provincie Noord-Holland
Jop Fackeldey, gedeputeerde Recreatie en toerisme provincie Flevoland
Arne Schaddelee, gedeputeerde Recreatie en toerisme provincie Utrecht
Peter van ‘t Hoog gedeputeerde Recreatie en toerisme provincie Gelderland
Egge Jan de Jonge, voorzitter Samenwerkingsverband Gastvrije Randmeren

 

Cookie-instellingen